Strategiebrief Maart Vermogensbeheer

“If there were no bad people, there would be no good lawyers”

Charles Dickens

In januari schoten zowel de aandelen- als de obligatiemarkten uit de startblokken. Februari daarentegen was een maand waarin wat gas werd teruggenomen. Een deel van het rendement werd ingeleverd als gevolg van te gunstige economische cijfers. Dat leest u goed, de economie draait beter dan goed is voor de beurs! De werkgelegenheid blijft bijzonder hoog, consumenten laten het geld rollen en bedrijven blijven orders plaatsen. Hierdoor daalt de inflatie niet zoals centrale bankiers hopen. Sterker nog, in voor de eurozone toonaangevende landen, Duitsland en Frankrijk steeg de inflatie in februari verder naar respectievelijk 9,3% en 7,2%, jaar-op-jaar gemeten. Het restrictieve monetaire beleid blijkt dus (nog) niet het gewenste effect te hebben. Diverse beleidsbepalers van zowel de Amerikaanse Federal Reserve als de Europese Centrale Bank spraken uit bereid te zijn er een renteschepje bovenop te doen. Het gevolg was dat zowel de rentetarieven op de geldmarkt als de kapitaalmarkt opliepen. Ook nam de angst voor een recessie toe, omdat een hogere rente uiteindelijk zorgt voor afkoeling van de economie. Hierdoor waren de aandelen en obligatiemarkten in een minder euforische stemming dan de maand ervoor. Dat wij onze Strategiebrief niet openen met de lugubere verjaardag (24 februari) van de Russische agressie tegen Oekraïne, geeft aan dat dit thema op de financiële markten wordt verdrongen door de inflatie- en groeiontwikkelingen. In onze Optimale Mix houden wij echter wel degelijk rekening met geopolitieke risico’s, die onvoorspelbaar als ze zijn, voor fikse koersuitslagen kunnen zorgen.

Afgelopen maand viel de mijnbouw- en grondstoffensector in negatieve zin op, terwijl dit een accent in onze Optimale Mix is. Een goede aanleiding om eens bij deze, niet onomstreden sector, stil te staan in het vervolg van deze Strategiebrief.

Cyclische aandelen onder druk

Een bekende beurswijsheid is dat de aandelenmarkt altijd vooruit kijkt. Het vooruitzicht dat centrale banken de rente verder verhogen dan tot nu toe werd aangenomen, stemde de aandelenmarkt niet positief. In een maand tijd werd de verwachting voor de eindstand voor dit kalenderjaar van de beleidsrente van de Federal Reserve (momenteel 4,50%-4,75%) opwaarts bijgesteld van 4,9% naar 5,4%. In de eurozone was dezelfde tendens zichtbaar en wordt eind 2023 een beleidsrente van 3,9% verwacht (momenteel 2,5%). Om de inflatie te temmen zal de vraagzijde van de economie getemperd dienen te worden. Conjunctuurgevoelige aandelen zijn dan het meest kwetsbaar. De vraag naar energie, chemicaliën en metalen neemt dan af. Daarom stonden met name deze sectoren onder druk in de afgelopen maand. Verder maakten enkele grote mijnbouwbedrijven tijdens de publicatie van hun kwartaalcijfers bekend dat de kosten zijn toegenomen. Het in de meeste van de door ons beheerde mandaten opgenomen mandje met mijnbouwaandelen VanEck Global Mining UCITS ETF daalde zodoende met 8%.

Aantrekkelijk en goede vooruitzichten

Om nog maar een beleggerscliché te noemen: beleggen doen we voor de lange termijn! Voor mooie toekomstige rendementen is een aantrekkelijke waardering en dividend en een goed toekomstperspectief vereist. Naar onze mening voldoet de mijnbouwsector daaraan. De waardering (10,9 keer de dit jaar verwachte winst) en het dividendrendement (4,5%) zijn naar onze mening aantrekkelijk, zie Grafiek 1.

Hoe zit het dan met het toekomstperspectief? De vraag naar metalen en grondstoffen neemt al jaren toe. Een simpele reden is de groei van de wereldbevolking. De komende jaren zal de vraag als gevolg van de verduurzamingstrend verder toenemen. De oorlog in Oekraïne legde onze energiekwetsbaarheid bloot. Dankzij compensatiemaatregelen en een zachte winter waren de gevolgen relatief bezien beperkt. Die zachte winter is echter een symptoom van een groter milieuprobleem. Om hier het hoofd aan te bieden zal de afhankelijkheid van fossiele energiebronnen verlaagd dienen te worden. Hiervoor is bijvoorbeeld veel koper nodig. Voor een windturbine is vier keer zoveel koper nodig als voor een gasturbine. Ook gaat in een elektrische auto twee zoveel koper als in een brandstofauto. Om nog maar te zwijgen over de investeringen in het elektriciteitsnet. In Grafiek 2 is te zien welke verschuiving in de energiemix op stapel staat. Daarom vinden wij een overweging naar de mijnbouwsector- en grondstoffensector onontbeerlijk in een toekomstgerichte Optimale Mix!

Discussie

De winning van metalen als koper, nikkel, lithium en goud gaat gepaard met schade aan het landschap en de leefomgeving, maar is essentieel om onze energievoorziening te kunnen verduurzamen. Dit levert een beleggingsdilemma op. Wij sluiten deze sector echter niet a priori uit. Mijnbouwbedrijven die zich niet aan de (milieu)wetgeving houden, staan bij ons echter wel op de ‘zwarte lijst’ Binnen onze Duurzame mandaten belegen we overigens bewust niet in dit type ondernemingen. Onze visie op het duurzaamheidsdilemma is echter niet in steen gehouwen. Onlangs hebben wij na lang beraad wel goud toegevoegd aan onze duurzame portefeuilles. Hier telde het argument dat een portefeuille die weerbaar is onder verschillende scenario’s zwaarder mee dan de belastende omstandigheden waaronder goud gewonnen is. Verduurzaming speelt een voorname rol bij onze beleggingsbeslissingen, maar zeker ook in het alledaagse leven. Als u vragen of suggesties heeft, aarzel dan niet, daar wordt de discussie alleen maar rijker van!

Ontwikkelingen Structuurbeheer

Februari stond op de beurs in het teken van meer strijd tussen groei en liquiditeit. Economische groeicijfers verrasten positief, maar tegelijkertijd nam de inflatie in zowel de Verenigde Staten als de eurozone niet af zoals werd verwacht. De economie lijkt de tot dusver doorgevoerde renteverhogingen door centrale bankiers prima te verhapstukken. Het gevolg is dat beleggers nu van meer monetaire verkrapping in de vorm van renteverhogingen en het verlagen van de geldhoeveelheid uitgaan. Hierdoor neemt het recessiegevaar later in het jaar toe. Met name aandelen uit de opkomende markten en uit de grondstoffensector daalden daardoor. Met het oog op de lange termijn blijven wij positief op deze beleggingsaccenten in uw portefeuille. Ook heeft het geleidelijk toevoegen van obligaties tegen aantrekkelijke rentetarieven uw portefeuille de nodige bescherming tegen het risico op een recessie gegeven. Derhalve hebben wij in de afgelopen maand geen mutaties in uw Optimale Mix doorgevoerd.

Ontwikkelingen Optimix Duurzaam

Februari stond op de beurs in het teken van meer strijd tussen groei en liquiditeit. Economische groeicijfers verrasten positief, maar tegelijkertijd nam de inflatie in zowel de Verenigde Staten als de eurozone niet af zoals werd verwacht. De economie lijkt de tot dusver doorgevoerde renteverhogingen door centrale bankiers prima te verhapstukken. Het gevolg is dat beleggers nu van meer monetaire verkrapping in de vorm van renteverhogingen en het verlagen van de geldhoeveelheid uitgaan. Hierdoor neemt het recessiegevaar later in het jaar toe. Met name aandelen uit de opkomende markten en uit de grondstoffensector daalden daardoor. Met het oog op de lange termijn blijven wij positief op deze beleggingsaccenten in uw portefeuille. Ook heeft het geleidelijk toevoegen van obligaties tegen aantrekkelijke rentetarieven uw portefeuille de nodige bescherming tegen het risico op een recessie gegeven. Om de portefeuille nog bestendiger tegen het inflatierisico te maken, hebben wij iShares Physical Gold toegevoegd. Goud doet het goed in onzekere tijden en past prima in een actuele Optimale Mix.

Optimix Mix Fund

De koers van Optimix Mix Fund daalde afgelopen maand met -1,3%. Het fonds bleef daarmee achter bij haar benchmark, deze daalde namelijk met -0,2%. Het rendement over de eerste twee maanden bedraagt +2,2%, dat is 0,5% minder dan de benchmark. De inflatiecijfers die in februari bekend werden gemaakt, waren aan beide zijden van de Atlantische oceaan hoger dan verwacht. Hierdoor verwachten beleggers dat de beleidsrente van de Federal Reserve en ECB hoger zal uitvallen dan eerder aangenomen. In speeches gaven centrale bankiers eveneens aan nog niet klaar te zijn met het verkrappende monetaire beleid. Het gevolg was dat het risico op een recessie later dit jaar hoger wordt ingeschat. Cyclische aandelen waren het grootste slachtoffer van deze tendens. Het fonds is overwogen belegd in aandelen uit de opkomende markten, deze daalden met 5,3%. Ook het accent op aandelen uit de grondstoffensector kostte relatief rendement. Deze sector leverde ondanks recordwinsten en riante dividenden 10% in. Het aandeel Anglo American verloor bijvoorbeeld zelfs 18%. Behalve aandelen waren ook obligaties uit de gratie. Hardnekkig hoge inflatie en renteverhogingen maakten beleggers huiverig voor vastrentende waarden. Dientengevolge steeg het aanvangsrendement op de Bund, een Duitse staatslening met een looptijd van tien jaar, afgelopen maand van 2,31% naar 2,65%. Ultimo februari was de vermogensallocatie van het fonds als volgt: aandelen 56,7%, staatsobligaties 17,7%, bedrijfsobligaties 5,8%, alternatieve beleggingen 8,0%, grondstoffen 7,0% en liquiditeiten 4,8%.

Performance maand -1.3 %
Performance 2023 2,2 %
Referentie-index 2023 2,7 %

Optimix Income Fund

De koers van Optimix Income Fund daalde afgelopen maand met 1,5%. Daarmee presteerde het fonds minder goed dan haar samengestelde referentie-index die met 1,0% daalde. De belangrijkste reden voor deze mindere prestatie van het fonds is de koersdaling van de in portefeuille opgenomen mijnbouw aandelen. Door forse kostenstijgingen publiceerden deze bedrijven tegenvallende resultaten. De opheffing van de Covid-restricties in China is de belangrijkste reden voor deze bedrijven om 2023 met vertrouwen tegemoet te zien

De economische groei in de westerse economieën ontwikkelt zich beter dan verwacht waardoor de zorg over de ontwikkeling van de inflatie de afgelopen maand toenam. De markt verhoogde zodoende haar verwachtingen over het rentebeleid dat door centrale banken gevoerd wordt. Dit leidde vervolgens tot een verhoging van de rente op de kapitaalmarkt. Zo steeg bijvoorbeeld het 10-jaar swaptarief voor de eurozone afgelopen maand met circa 40 basispunten naar 3,3%. Dit is nog steeds fors lager dan het voorlopige jaar-op-jaar inflatiecijfer voor de Europese unie in februari van 8,5%. Ondanks de sterke daling van de energieprijzen in de afgelopen maanden is deze uitkomst slechts 0,1% punt lager dan de 8,6% die over januari geboekt werd. Gedurende de verslagmaand is de positie in Mint Tower Arbitrage Fund verder verkleind. Daartegenover zijn de posities in de Nederlandse staatsobligaties die in 2030 en 2032 aflossen vergroot en is een kleine positie in de 5% ASR perpetual gekocht.

Performance maand -1,5 %
Performance 2023 0,4 %
Referentie-index 2023 0,8 %

Optimix Wereld Aandelen Fonds

De koers van Optimix Wereld Aandelen Fonds steeg 1,1% gedurende de maand februari. Hiermee presteerde het fonds iets beter dan haar referentie-indextracker, iShares Core MSCI World UCITS ETF, die in de vergelijkbare periode met 0,9% steeg.

De goede start van het jaar werd gedurende de eerste helft van de verslagperiode voortgezet. Echter in het midden van het maand zorgden Amerikaanse inflatiecijfers voor een kentering in het sentiment. Inflatie over januari bleek hardnekkiger dan gedacht. Het jaar-op-jaar cijfer daalde voor de zevende maand op rij, maar minder dan gedacht. Hierop werden de verwachtingen over beleidsrentes van centrale banken omhoog bijgesteld.

In de tweede helft van de maand verloor het fonds iets van haar outperformance. De boosdoener hiervoor was de performance van grondstofaandelen, waarin het fonds overwogen belegd is. Ondanks recordwinsten en dividenduitkeringen van mijnbouwondernemingen als BHP, Rio Tinto en Glencore vielen deze de markt toch iets tegen. Wij houden vertrouwen in deze sector voor de lange termijn. Vorig jaar heeft de sector laten zien een goede hedge te zijn in een hoge inflatieomgeving. Bovendien hebben we hier te maken met zeer aantrekkelijke waarderingen. De sector heeft een P/E van 10,9x en een dividendrendement van 4,5%.

Performance maand 1,1 %
Performance 2023 6,1 %
Referentie-index 2023 5,1 %

Optimix Emerging Markets Fund

De koers van Optimix Emerging Markets Fund daalde met 6,5% gedurende de verslagperiode en de referentie-indextracker, iShares MSCI Emerging Markets UCITS ETF daalde met 5,3% in de vergelijkbare periode. Na een mooie beursopleving in januari, werden de koerswinsten in de afgelopen maand echter weer ingeleverd en vooral Chinese aandelen gaven grotendeels de opgebouwde winst van dit jaar terug. Na het dieptepunt in oktober vorig jaar, is de Chinese beursgraadmeter MSCI China sindsdien ruim 50% gestegen. Het beursoptimisme was vooral gestoeld op de heropening van de Chinese economie nadat de Chinese overheid haar stringente zero-Covid beleid had geschrapt. Beleggers kregen echter hoogtevrees en vrezen dat de opgelopen beurskoersen te ver vooruit zijn gelopen. Daarnaast beïnvloeden de opgelopen geopolitieke spanningen tussen de VS en China het beurssentiment negatief. De VS betichtte China van spionage door ballonnen boven Amerikaans grondgebied te laten vliegen. Vooral lokale particuliere beleggers deden Chinese aandelen van de hand, maar ook wereldwijd lagen export- en cyclisch gevoelige sectoren in de opkomende markten onder druk. Vooral aandelen in grondstoffen en mijnbouw kregen het zwaar te verduren in de beurscorrectie. Het fonds was gepositioneerd op een verdere opleving van de opkomende markten en had accent in vooral cyclische aandelen. Door deze beurscorrectie bleef het relatieve fondsresultaat achter.

Performance maand -6,5 %
Performance 2023 -0,5 %
Referentie-index 2023 1,0 %

Optimix EuroRente Fonds

De koers van Optimix EuroRente Fonds daalde afgelopen maand met 0,9%. Daarmee presteerde het fonds beter dan haar samengestelde referentie-index die met 1,9% daalde. De beter dan verwachte economische ontwikkeling en de minder snel dan verwachte daling van inflatiecijfers stonden aan de basis van de negatieve stemming op de rentemarkt. Zo steeg het aanvangsrendement van de 10-jarige Nederlandse staatsobligatie bijvoorbeeld met circa 40 basispunten naar 3,0% aan het einde van de maand, het hoogste punt sinds de zomer van 2011. Het jaar-op-jaar Nederlandse inflatiecijfer lag in die zomer zo rond de 3,0% waardoor het reële rendement op genoemde staatsobligatie in die tijd circa 0% bedroeg. Het vergelijkbare inflatiecijfer steeg afgelopen maand met 50 basispunten naar 8,9%. Duidelijk is dat dit inflatiecijfer verder moet dalen dan wel het aanvangsrendement moet stijgen om tot een vergelijkbaar reëel rendement van 0% te komen.

De relatief betere prestatie van het fonds is te danken aan de in vergelijking tot de referentie-index korte looptijd van de portefeuille. Gedurende de verslagmaand zijn er liquiditeiten in de portefeuille vrijgespeeld door de gedeeltelijke verkoop van de posities in de Duitse inflation linked obligatie die in 2026 aflost en de Nederlandse staatsobligatie die in 2027 aflost. Slechts een deel van de opbrengsten is aangewend voor de aankoop van de Nederlandse staatsobligaties die in 2030 en 2032 aflossen. Met de resterende liquiditeiten kunnen kansen worden benut die de huidige verkoopgolf van obligaties mogelijk gaat bieden.

Performance maand -0,9 %
Performance 2023 -0,3 %
Referentie-index 2023 -0,4 %

Naar Vermogensbeheerrekening overzicht